De Pyreneese berghond komt sinds mensenheugenis voor in de Franse Pyreneeën en is van oorsprong een waak- en verdedigingshond. Al in de Middeleeuwen werd hij gebruikt als bewaker van kastelen. In de zeventiende eeuw kende hij zijn glorietijd aan het hof van Lodewijk de XIVe als gewaardeerde gezelschapshond. De Pyreneese berghond werd ook gebruikt om, in z'n eentje, de kudde te bewaken en beschermen tegen aanvallen van roofdieren. Hij moest dus kunnen bewaken en verdedigen en toegewijd zijn. Hij is dan ook krachtig en lenig maar ook zacht qua karakter. Hij is gehecht aan diegenen die hij beschermt. Deze waakhond heeft een neiging naar onafhankelijkheid en een gevoel van initiatief die een zeker gezag van zijn baas vergt.
Wist je dat lang niet alle honden die je op straat tegenkomt een officiële stamboom hebben? Rashonden zonder stamboom noemen we ‘look-alikes’. Meer weten over het verschil tussen een stamboomhond en een 'look-alike' kijk op de pagina 'Waarom een stamboomhond?'.
Het is een grote, indrukwekkende en krachtig gebouwde hond, maar met een zekere elegantie.
De schofthoogte van de reuen bedraagt 70 tot 80 cm, teven hebben een schofthoogte van 65 tot 75 cm. Een tolerantie van 2 cm daarboven is toegestaan voor dieren van een perfect type. Het gewicht zit, afhankelijk van geslacht en grootte, tussen de 45 en 60 kg.
De vacht is wit of wit met grijze (daskleurig of wolfsgrauw), vaalgele of oranje ("arrouye") aftekeningen op het hoofd, oren en bij de staartaanzet, en soms op het lichaam. De daskleurige vlekken worden het meest gewaardeerd.
De beharing is vol en vlak, vrij lang en soepel, maar hard op de schouder en de rug. Het haar is langer aan de staart en rond de hals, waar het licht kan golven. Het broekhaar, dat fijner en wolliger is, is zeer dicht. De ondervacht is eveneens heel vol.
De Pyreneese berghond is een gevoelige hond, maar hij kan knap eigenwijs, eigengereid en eigenzinnig zijn. Hij is intelligent en zelfs humoristisch. Als geboren zelfstandige houdt hij er van om vrijheid te proeven. Een gaatje om te ontsnappen heeft hij al gauw gevonden. Hij is onafhankelijk en terughoudend, maar voor familie zeer aanhankelijk en trouw. Het is geen hond voor iedereen. Hij heeft een consequente, maar rechtvaardige en geduldige opvoeding nodig.
Er zit verschil in karakter en de wijze waarop je je hond moet opvoeden tussen werkhonden en honden die vooral als gezelschapshond gehouden worden.
De verzorging van de Pyreneese berghond is tamelijk eenvoudig. Regelmatige en ruime beweging houden hem in conditie. Ook in het eten is hij niet moeilijk. Hij doet het goed op relatief schraal voer. Een regelmatige kam- of borstelbeurt is voldoende om de vacht op peil te houden. Tijdens het verharen is wel een dagelijkse borstelbeurt nodig. Hierdoor verwijder je de oude dode onderwol en oud haar en kan de nieuwe vacht weer groeien
De rasvereniging; Nederlandse Vereniging van liefhebbers van de Pyreneese Berghond is bezig met de gezondheid van de Pyreneese berghond. Dit is een onderdeel van het verenigingsfokreglement van elke rasvereniging. Hierin stellen zij de volgende onderzoeken verplicht voor de ouderdieren: Heupdysplasie en patella luxatie.
Voor het verenigingsfokreglement en meer informatie kan er contact worden opgenomen met de rasvereniging.
FCI groep 2: Pinschers, Schnauzers, Molossers en Sennenhonden
Sectie 2.2
Neem contact op met de onderstaande rasvereniging(en) voor een lijst met aangesloten fokkers, het actuele aanbod van puppy's en eventuele volwassen honden (herplaatsers).
Bovenstaande tekst is opgesteld door de rasvereniging(en). Wij hebben geen inhoudelijke controle gedaan en zijn niet verantwoordelijk voor onjuistheden of onduidelijkheden in de tekst. Heb je vragen, neem dan contact op met de rasvereniging(en).