Beantwoording vragen Kassa


Vragen Kassa voor Raad van Beheer.

- Op 14 januari zijn voor de Mopshond, Franse Bulldog, Shih-Tzu en Boston Terriër nieuwe convenanten van de Raad van Beheer en betrokken rasverenigingen in werking getreden. Wat is de aanleiding voor het opstellen van deze nieuwe convenanten?

Antwoord Raad van Beheer:
Een convenant betekent dat er nadere voorwaarden worden gesteld aan de inschrijving. Pas wanneer er aan die voorwaarden wordt voldaan kan er overgegaan worden tot stamboomafgifte voor de nakomelingen.
De aanleiding is om de gezondheid met betrekking tot BOAS te verbeteren en knieproblemen te voorkomen. Iedereen is het er over eens: een hond die moet goed kunnen ademen, kijken en lopen.
In Nederland zijn er veel fokkers die gezonde brachycephale honden hebben en willen inzetten voor de fokkerij. Zij willen aantonen dat hun hond geen problemen heeft met de ademhaling, ogen of knieën. Zij willen het ras in Nederland laten voortbestaan. De rasverenigingen en de Raad van Beheer willen die goede fokkers en gezonde rashonden ondersteunen.
Het probleem is dat er met de huidige Nederlandse richtlijnen een grote discrepantie is ontstaan tussen Nederland en de rest van de wereld met betrekking tot BOAS problematiek.
Om de discrepantie te verminderen heeft de Raad van Beheer besloten te participeren in het internationale BOAS onderzoek. Ook in het eindrapport van de UU worden twee looptests beschreven waarin de conclusies van die onderzoeken deze beslissing ondersteunen.
https://www.uu.nl/sites/default/files/eindrapport-ontwikkeling-handhavingscritera-fokken-met-kortsnuitige-honden-artikel-3.4-def.pdf
Pagina 19 en 20 in dit rapport:
• De 6 minuten looptest- Six minute walk test
Conclusie onderzoek: De conclusie van dit onderzoek was dat de 6 minuten-looptest eenvoudig uit te voeren is en gezonde honden onderscheidt van honden met een luchtwegaandoening. Ook bij onderzoek naar pulmonaire fibrose bij West Highland Whites wordt de 6 minutenlooptest ingezet om de cardiopulmonaire functie in te schatten.
• De 1000 meter-looptest                                                                      De resultaten van dit onderzoek ondersteunen het gebruik van looptesten voor objectieve evaluatie van de ernst van BOAS in Engelse Bulldoggen.

Uiteindelijk zijn de keuzes door het ministerie gebaseerd op praktische uitvoeringsregels, deze zijn voor de handhaving van bijvoorbeeld NVWA medewerkers zeer geschikt. In dit rapport worden dus ook andere middelen genoemd die goed in te zetten zijn, maar deze testen zijn moeilijker om in het veld uit te voeren door iemand die geen dierenarts is.

- Is het de bedoeling om op termijn voor alle kortsnuitige rassen vergelijkbare convenanten af te sluiten?

Antwoord Raad van Beheer:
Indien de Algemene Leden Vergadering van de betreffende rasvereniging daartoe besluit kan deze een Convenant afsluiten (nadere voorwaarden voor de inschrijving in het Nederlands Hondenstamboek afspreken).

- Ten opzichte van de regels die nog wel voor andere kortsnuitige rassen gelden, is het criterium voor de neuslengte in verhouding met de schedel (CFR) in de 4 nieuwe convenanten verdwenen. Pups kunnen nu een stamboom krijgen als de ouderdieren in plaats daarvan aan een BOAS-test voldoen. Waarom is hiervoor gekozen?

Antwoord Raad van Beheer:
Het gezondheidsprobleem waarover het gaat bij de brachycefale rassen zit niet alleen in de neuslengte. Het is een scala aan problemen die kunnen optreden, en hebben met name te maken met de schedelopbouw. Deze staan duidelijk beschreven in het rapport van de UU:
▪ Stenose, vernauwde neusgaten ▪ Te lang en/of dik palatum molle (zacht gehemelte) ▪ Vergrote tonsillen (keelamandelen) ▪ Dysmorfie van de larynx, afwijkende vorm van het strottenhoofd ▪ Trachea hypoplasie, te nauwe luchtpijp
Een belemmerende nasale botstructuur in de korte snuit is ook een probleem dat bij BOAS hoort. Dit zorgt voor turbulentie van de lucht achter in de mond en zorgt voor een probleem met thermoregulatie. Met het verlengen van de snuit, zul je dit probleem niet zo makkelijk verhelpen.
De Raad van Beheer brengt met de Respiratory Function Grading Scheme alle problemen in kaart over de ademhaling van een hond. De problemen worden beschreven, op het gestandaardiseerde formulier van de Respiratory Function Gradings Scheme van KC/ University of Cambridge.

- Zijn er nog andere wijzigingen ten opzichte van de oude regels in de convenanten opgenomen naast het verdwijnen van het CFR-criterium? Zo ja, welke en waarom?

Antwoord Raad van Beheer:
In het Convenant zijn drie onderzoeken opgenomen hierbij worden de ademhaling, de ogen en de knieën onderzocht:
Het Respiratory Function Grading Scheme, het oogonderzoek voor brachycefale rassen en het patella luxatie onderzoek.
Het convenant richt zich op functie, niet op uiterlijk. Dus de hond wordt beoordeeld door een dierenarts die controleert of de ademhaling goed is, de ogen geen last hebben van de neusrimpel of harde haren, de knieën goed zijn. Oftewel of de hond goed kan ademen, lopen en kijken.
We vinden het belangrijk dat de honden door een dierenarts worden bekeken en beoordeeld. Wanneer er wel problemen zijn, kan de dierenarts direct adviseren en/of ingrijpen. Dit is belangrijk, want soms hebben eigenaren niet goed door dat hun hond minder gezond en/of te dik is.

- Hoe verhoudt de Nederlandse regelgeving voor de fok met kortsnuitige honden zich tot die in het buitenland?

Antwoord Raad van Beheer:
Nergens ter wereld gelden er dergelijke regels. Meerdere landen overwegen om functietesten zoals Respiratory Function Gradings Scheme van KC/ University of Cambridge in te voeren. Er zijn ook landen die dit mogelijk gaan verplichten. Dat we dit in Nederland verplichten en koppelen aan de stamboomafgifte is uniek in de wereld. Landen als Engeland en Noorwegen stellen de onderzoeken wel beschikbaar.
Aangezien de Europese regels de handel in goederen, zoals honden nog altijd genoemd worden, niet mogen worden belemmerd. Is er een vrij verkeer van honden over de grens. Wat in Nederland niet mag of moeilijk is, is gewoon toegestaan in bijvoorbeeld onze buurlanden België en Duitsland.

- Wat zijn de gevolgen van het CFR-criterium voor de fok met kortsnuitige rassen in Nederland?

Antwoord Raad van Beheer:
Dat hangt af naar welk ras je kijkt. Het is in ieder geval voor sommige rassen met of zonder stamboom niet meer mogelijk om met deze maatregelen/richtlijnen nog te fokken.
Dit betekent dat alle pupjes het laatste jaar (zeker in Corona tijden!) uit het buitenland zijn gekomen. Of gefokt zijn, maar nergens aangegeven, dus onder de radar zijn gebleven. De maatregelen richten zich nu op controles achteraf.

- Zijn er andere gezondheidsonderzoeken waar de honden aan moeten voldoen volgens de nieuwe convenanten? Zo ja, welke en waarom?

Antwoord Raad van Beheer:
Er wordt een oogonderzoek gedaan voor brachycefale rassen en de patella luxatie.
Zoals de Universiteit van Utrecht ook constateert is niet alleen de ademhaling een gezondheidsprobleem behorend tot BOAS problematiek maar ook de oogproblemen vormen een belangrijk onderdeel. Hier staat de Raad van Beheer ook achter en heeft nu het oogonderzoek voor brachycefale rassen opgenomen. Het onderzoek naar de knie, de patella luxatie onderzoek, is ook een bekend onderzoek voor veel rassen. De betrokken rasverenigingen en de Raad van Beheer zijn van mening dat ook ernstige knieproblemen leidt tot pijn, kreupelheid en dus duidelijk een mindere kwaliteit van leven. Daarom is dit ook meegenomen.
Naast de voorwaarden voor de stamboomafgifte zal een fokker altijd de hele hond in overweging moeten nemen. Dat is niet in regels te vatten. Want een hond mag bijvoorbeeld ook niet erg angstig of agressief zijn. Het fokken van honden en de goede selectie van fokdieren is wat dat betreft echt een vak.

- Bieden de convenanten voldoende garantie dat de kans op gezondheidsproblemen gerelateerd aan kortsnuitige rassen bij pups verminderd? Waarom wel of niet?

Antwoord Raad van Beheer:
Biedt de huidige aanpak wel de voldoende garantie? Tot op heden is er geen evaluatie verschenen van de huidige aanpak? De “CFR-methode” is gebaseerd op literatuurstudie en meningen van specialisten. Buitenlandse specialisten hebben wel een evidence based methode ontwikkeld. Ons voorstel zou zijn om met elkaar in overleg te gaan.
Helaas leiden de huidige maatregelen voor (illegale) import van de geliefde hondenrassen van over de grens naar Nederland. De Raad van Beheer heeft hier natuurlijk geen zicht op. De meeste honden van de betreffende rassen werden en worden zonder stamboom gefokt.
Voor elke persoonlijkheid is er wel een passend ras te vinden. Iedereen gebruikt in het dagelijks leven ook de omschrijving van een ras, de meeste mensen snappen dan meteen waarover je het hebt. Een Rottweiler is groot, goed voor bewaking, een Teckel is klein, vrolijk en eigenwijs. De Labrador en Golden retriever worden vaak gebruikt als hulphond of therapiehond etc. Als je op een flatje woont, is een Berner Sennenhond niet heel passend terwijl de mopshond er een prima thuis kan hebben.
Gezondheid en welzijn (fysiek en mentaal) moet hierbij de leidraad zijn!

- Heeft een esthetische voorkeur voor een kortere snuit een rol in de overweging om het CFR-criterium niet in de convenanten op te nemen?

Antwoord Raad van Beheer:
Veel van de handhavingscriteria zijn ook als (diskwalificerende) fout opgenomen in de rasstandaard. Kennelclubs nationaal, maar ook internationaal, zijn al langer bezig om overdrijvingen in het uiterlijk tegen te gaan. Het ideaalbeeld van deze rassen is dat de neusgaten open zijn, de ogen niet uitpuilen en de neusrimpel niet hinderlijk is. Daarnaast geldt dat honden normaal moeten kunnen bewegen en problemen met de ademhaling leiden tot diskwalificatie en/of uitsluiting op een tentoonstelling.

- Is outcross met rassen met langere neuzen een geschikte optie om de gezondheidsproblematiek bij kortsnuitigen op te lossen? Waarom wel of niet?

Antwoord Raad van Beheer:
Er kan soms een reden voor zijn om outcross te gebruiken, maar dat lost niet alle problemen van BOAS op.
Honden zijn er zo uit gaan zien door selectie. Onderzoek toont aan dat wanneer je selecteert op vriendelijkheid en tamheid (onderzoek bij vossen https://www.dpcna.org/uploads/1/6/2/4/16248196/the-genetics-of-the-dog-a-ruvinsky-j-sampson.pdf#page=23) er ook uiterlijke veranderingen optreden. Zo werden bij de gedomesticeerde vossen veranderingen in de schedel zichtbaar, een verkorting en verbreding van de schedel.
Het kruisen van rassen kan de neus langer maken, maar geeft ook hele andere type honden. Gedrag en uiterlijk zullen dus anders zijn. Daarbij is het al eerder aangegeven dat de problemen niet alleen in de lengte van de neus zitten.

- Volgens deskundigen van de faculteit diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht en Gert ter Haar van Anicura is de CFR op dit moment een beter criterium dan de BOAS-test die de Raad van Beheer wil gebruiken. Uit wetenschappelijk onderzoek zou blijken dat een kortere neus de kans op gezondheidsproblemen bij kortsnuitigen groter maakt. Daarom is de beste oplossing een langere snuit te gaan fokken. Voor het positieve effect op de kans van gezondheidsproblemen bij nakomelingen van ouderdieren die de Boas-test met goed gevolg afleggen, zou geen wetenschappelijk bewijs zijn. Wat is uw reactie hierop?

Antwoord Raad van Beheer:
Dit statement is gebaseerd op aannames. Het wetenschappelijk bewijs voor het positieve effect op de kans van gezondheidsproblemen bij nakomelingen van ouderdieren die de BOAS-test met goed gevolg afleggen, is in de maak. Over een aantal jaren weten we hier meer over.
Het is natuurlijk mogelijk om rassen te kruisen. Dat gebeurt ook al jaren, niemand die dat tegenhoudt of verbiedt. Toch is er nog steeds heel veel vraag naar rashonden, omdat die voorspelbaar zijn in hun gedrag, uiterlijk en gezondheidsstatus. De Raad van Beheer vindt dat je met gezonde honden moet fokken, dat kunnen ook honden zijn van deze rassen. Vooraf moeten ze bewijzen dat ze gezond zijn (RFG test, oogonderzoek en patella luxatie onderzoek), dan mogen ze worden ingezet. Dus ook een hond met de CFR >0.3 moet gewoon laten zien dat zijn/haar ademhaling goed is.

- Voldoen fokkers aan de wet als ze ouderdieren gebruiken met een te lage CFR-waarde, maar wel met goed gevolg een BOAS-test hebben afgelegd?

Antwoord Raad van Beheer:
Ze voldoen aan de inspanningsverplichting vanuit de Wet dieren.

- Als er sancties volgen van de NVWA omdat fokkers, op basis van de nieuwe convenanten geen honden gebruiken waarvan er 1 aan het CFR-criterium voldoet, maar wel beide ouderdieren de BOAS-test met goed gevolg hebben afgelegd, zijn de fokkers dan aansprakelijk voor die sanctie? Of zijn de Raad van Beheer en de betrokken rasverenigingen aansprakelijk aangezien dat de partijen zijn die het convenant hebben opgesteld?

Antwoord Raad van Beheer:
De fokkers zijn uiteindelijk verantwoordelijk voor de keuzes die zij maken. De Raad van Beheer geeft de fokkers de mogelijkheid om een stamboom te krijgen voor hun pups als ze laten zien dat ze aan de gestelde voorwaarden voldoen.

- Deskundigen van de faculteit diergeneeskunde van Universiteit Utrecht en Gert ter Haar van Anicura hebben op verzoek van Kassa naar foto’s van ouderdieren gekeken die recent een nest hebben gehad. De foto’s zijn door Kassa verzameld en aangeleverd. Voor een deel van de ouderdieren staan in de stamboomdatabase van de Raad van Beheer ook gegevens van een kortsnuitigen-onderzoek. De deskundigen zetten op basis van de foto’s van deze honden in een aantal gevallen vraagtekens bij de correctheid van deze gegevens. Op welke wijze komen gegevens van het kortsnuitigen-onderzoek in de database van de Raad van Beheer terecht?

Antwoord Raad van Beheer:
Een dierenarts heeft een onderzoek verricht en die resultaten zijn door de Raad van Beheer overgenomen. Het CFR criterium kent verschillen tussen diegene die het opmeet, daarom vinden we ook dat dit niet een criterium moet zijn of je wel/niet met een hond mag fokken. Het is te onzeker voor een fokker!
Wetenschappers geven hierover aan (Conformational risk factors of brachycephalic obstructive airway syndrome (BOAS) in pugs, French bulldogs, and bulldogs (nih.gov)): In our study with large numbers of dogs of the three breeds, we obtained supportive data on NGR, but only a weak association of BOAS status with CFR in a single breed. Within breeds, the variations in CFR were very limited. CFR overlapped considerably between the different BOAS functional grades. Our findings on the reproducibility of these measures and the large differences in detailed conformation between brachycephalic dog breeds suggest that the true associations between CFR and BOAS for specific breeds may not be comparable to the findings in the Packer et al. (2015) study that compared multiple breeds with, in most cases, relatively small numbers of dogs. Anatomically, the CFR measurement cannot determine the main internal BOAS lesions along the upper airway.
De dierenarts is bevoegd om dit soort onderzoeken uit te voeren als de dierenarts in het diergeneeskundig register is opgenomen. De Raad van Beheer gaat ervan uit dat een dierenarts zich houdt aan de voorwaarden die gehouden zijn aan dit beroep. Wel kan de Raad van Beheer bij klachten over een gezondheidsonderzoek navraag doen bij de desbetreffende dierenarts. Maar in principe is hiervoor het veterinair tuchtcollege. De eigenaar kan een
klacht indienen bij het veterinair tuchtcollege als het niet tevreden is over het uitgevoerde onderzoek.

- Controleert de Raad van Beheer de gegevens door bijvoorbeeld steeksproefsgewijs de dierenartsen te bellen die het onderzoek hebben uitgevoerd?

Antwoord Raad van Beheer:
Voor de Respiratory Function Grading Scheme is dit is een gestandaardiseerde test en de resultaten worden meegenomen in het longitudinale onderzoek dat is opgezet en nog loopt door de BOAS-research group van Engeland. Het is van groot belang dat het onderzoek uniform wordt uitgevoerd. Maar een kleine groep dierenartsen mag dit onderzoek uit gaan voeren in Nederland. Waarbij een training verplicht is om te volgen en een nascholing/ terugkomdag per jaar ook. Daarnaast wordt een oogonderzoek voor brachycefale rassen uitgevoerd ook hiervoor gelden de bovenstaande eisen. Het patella onderzoek is al een lang lopend onderzoek bij de Raad van Beheer waar bepaalde eisen worden gesteld aan de dierenartsen. De vraag die eigenlijk gesteld zou moeten worden is hoe traint de overheid de dierenartsen die de testen uitvoeren? Hoe is hun bijscholing georganiseerd en hoe houden zij bij of de methode juist wordt toegepast?

- Zijn er verder nog relevante punten die de Raad van Beheer zou willen benoemen met betrekking tot dit onderwerp?

Antwoord Raad van Beheer:
De Raad van Beheer zou een oproep willen doen om de internationale aansluiting te behouden als het om BOAS problematiek gaat.
Eigenaren die een hond willen, adviseren om goed na te vragen waar de hond vandaan komt. Het is belangrijk dat jouw pup de beste kansen krijgt. Dat krijgt jouw pup wanneer er goed is nagedacht over de ouderdieren. Vraag naar de onderzoeken die zijn gedaan. Wanneer je twijfelt over de gezondheid van jouw hond, ga naar de dierenarts voor een beoordeling. Een hond hoort niet te snurken, hoort niet te dik te zijn. Wanneer je op tijd hulp zoekt kan je vervolgschade voorkomen.